De geschiedenis van groene thee in China gaat terug tot de 8e eeuw en de methode om poederthee te maken van stoombereide gedroogde theebladeren, werd populair in de 12e eeuw. Dat is toen matcha werd ontdekt door een boeddhistische monnik, Myoan Eisai, en naar Japan werd gebracht. Esai realiseerde zich dat het drinken van matcha zijn Zen-meditatiesessies verbeterde door een staat van kalme alertheid te produceren. (Tegenwoordig weten we dat dit te danken is aan de interactie van matcha’s cafeïne en L-theanine). Naarmate de voordelen van matcha breder werden erkend, werd het de basis voor de verfijnde kunst van de Japanse theeceremonie of ‘chado’.
Het drinken van matcha hielp niet alleen de meditatie-inspanningen van zenmonniken, maar werd ook een middel om zelf verlichting te bereiken. Het offeren van een kom met de drank aan Boeddha maakte deel uit van de dagelijkse tempelpraktijken. Een bescheiden vorm van de theeceremonie, die tot op de dag van vandaag is bewaard gebleven en de boodschap van schoonheid vervat in de eenvoud ook in het Westen bewondering oproept, is in de 16e eeuw ontstaan. Het was een reactie op de sierlijke en weelderige stijl waar de Japanse aristocratie bijzonder dol op was en kopieerde de Chinese patronen. Radicale eenvoud werd onder andere aangemoedigd door monnik Murata Shuko, die verlichting bereikte op het moment dat hij zich realiseerde dat de eeuwige wet van de Boeddha wordt geopenbaard door slechts een gebaar van het vullen van de kom met heet water. De schoonheid van de theeceremonie komt voort uit harmonie die ontstaat tussen de geesten van de gastheer en hun gasten. De geest van de thee wordt uitgedrukt in vier concepten: vrede, zuiverheid, respect en de bovengenoemde harmonie. Een ceremonie die op een goede manier wordt uitgevoerd, bevrijdt zich van zorgen, toont de perfectie van de natuur en menselijke activiteiten.
Een theepaviljoen – een uiterst bescheiden gebouw, bijna sober van expressie, met dunne muren, plat dak en lege muren – is slechts een achtergrond voor de zorgvuldige praktijk van het bereiden en delen van de drank tussen de gastheer en de gasten. Focus op subtiele, sensuele ervaring is een viering van voorbijgaande schoonheid van objecten en zorgvuldige gebaren.
Door de eeuwen heen bleef “chado” zich door heel Japan verspreiden om niet alleen het hof en de samoeraiklasse, maar alle niveaus van de samenleving te bereiken. Veel scholen van Japanse theeceremonie zijn geëvolueerd door de lange geschiedenis en zijn nog steeds actief.
Tegenwoordig biedt de matcha-theeceremonie mogelijkheden voor ontmoeting, intellectuele uitwisseling, het verdiept eruditie en is een uitdrukking van zorg en continuïteit van traditie.
“Degenen die de kleinheid van grote dingen in zichzelf niet kunnen voelen, zijn geneigd om de grootsheid van kleine dingen in anderen over het hoofd te zien.” – zoals geschreven in een verzameling essays getiteld “The Book of Tea” door Okakura Kakuzo, die een van de eerste Japanners was die de traditionele kunst, ambachten en artistieke technieken in het begin van de 20e eeuw bepleitte.